Tsjetsjenië. Veiligheidssituatie

Nederlands

Dit document is een actualisering van de COI Focus Tsjetsjenië. Veiligheidssituatie van 11 juni 2018. Voor het huidige document werd onderzoek verricht naar nieuwe evoluties in de periode juni 2018 tot 15 juni 2019.

Het onderzoek voor dit rapport werd afgesloten op 15 juni 2019.

Alle bronnen geven aan dat er sinds 2009 in Tsjetsjenië geen sprake meer is van wijdverbreide en zwaarwegende mensenrechtenschendingen of schendingen van het humanitaire volkenrecht. Er is echter nog geweld aanwezig in Tsjetsjenië, maar dat is beperkter in omvang en meer gericht. Zo maken alle bronnen gewag van mensenrechtenschendingen die gepleegd worden door het regime van Ramzan Kadyrov en aanslagen die gepleegd worden door de rebellen. Het geweld van de autoriteiten is in de eerste plaats gericht tegen leden van de rebellenbeweging en hun verwanten, maar blijft niet beperkt tot deze groep. De rebellen voeren voornamelijk gewelddadige acties uit tegen leden van de ordediensten.

De sterke controle die het regime uitoefent over de maatschappij zorgt er volgens bronnen voor dat er slechts een beperkte hoeveelheid informatie over eventuele mensenrechtenschendingen en de algemene situatie in de republiek naar buiten komt.

De rebelleneenheden van Imarat Kavkaz zijn volgens de bronnen in de loop van 2015 zo goed als volledig buiten spel gezet en vormen geen factor meer in de regio. Dit werd enerzijds veroorzaakt door acties van de ordediensten en anderzijds door de opkomst van IS in de Noordelijke Kaukasus. Een aantal potentiële rekruten voor de rebellenbeweging in Tsjetsjenië trekken naar het Midden-Oosten om er te strijden in de rangen van IS. Daarnaast bouwen rebellen in Tsjetsjenië onder de vlag van IS een beperkte eigen structuur van zelfstandig opererende cellen uit. Tot op heden blijven de activiteiten en impact van IS-eenheden in Tsjetsjenië nog beperkt, maar het is onduidelijk hoe dit in de nabije toekomst kan evolueren. Tegelijk neemt het aantal rekruten die naar het Midden-Oosten trekken sterk af.

De Tsjetsjeense ordediensten staan volgens de bronnen onder rechtstreekse controle van Kadyrov, wat uitzonderlijk is in de regio, waar de ordediensten veelal door het federale centrum geleid worden. De Tsjetsjeense ordediensten maken zich volgens de bronnen schuldig aan tal van mensenrechtenschendingen en doen dit in een klimaat van straffeloosheid. De bronnen spreken van: onrechtmatige arrestaties, gefabriceerde rechtszaken, verdwijningen en ontvoeringen, foltering tijdens detentie, buitengerechtelijke executies en collectieve vergeldingsacties zoals brandstichting in de huizen van familieleden van al dan niet vermeende strijders.

Het cijfermateriaal over het aantal geweldsincidenten en  het aantal slachtoffers is beperkt. De beschikbare cijfers zijn volgens verschillende bronnen een onderschatting, maar wijzen op een daling van het aantal slachtoffers, zowel bij de ordediensten, rebellen als de burgers. Deze evolutie zet zich sinds 2013 bijna onafgebroken door tot 2017 toen er een stijging van het aantal slachtoffers waar te nemen valt. In 2018 is er een daling van het aantal slachtoffers bij de ordediensten, het aantal slachtoffers bij rebellen en burgers blijft min of meer constant.

Beleid

Het beleid dat de commissaris-generaal voert, is gestoeld op een grondige analyse van nauwkeurige en actuele informatie over de algemene situatie in het land van oorsprong. Die informatie wordt op professionele manier verzameld uit verschillende objectieve bronnen, waaronder het EASO, het UNHCR, relevante internationale mensenrechtenorganisaties, niet-gouvernementele organisaties, vakliteratuur en berichtgeving in de media. Bij het bepalen van zijn beleid baseert de commissaris-generaal zich derhalve niet alleen op de op deze website gepubliceerde COI Focussen opgesteld door Cedoca, dewelke slechts één aspect van de algemene situatie in het land van herkomst behandelen.

Uit het gegeven dat een COI Focus gedateerd zou zijn, kan bijgevolg niet worden afgeleid dat het beleid dat de commissaris-generaal voert niet langer actueel zou zijn.

Bij het beoordelen van een asielaanvraag houdt de commissaris-generaal niet alleen rekening met de feitelijke situatie zoals zij zich voordoet in het land van oorsprong op het ogenblik van zijn beslissing, maar ook met de individuele situatie en persoonlijke omstandigheden van de asielzoeker. Elke asielaanvraag wordt individueel onderzocht. Een asielzoeker moet op een voldoende concrete manier aantonen dat hij een gegronde vrees voor vervolging of een persoonlijk risico op ernstige schade loopt. Hij kan dus niet louter verwijzen naar de algemene omstandigheden in zijn land, maar moet ook concrete, geloofwaardige en op zijn persoon betrokken feiten aanbrengen.

Voor dit land is geen beleidsnota beschikbaar op de website.

Land: 
Russische Federatie

Informatie over de asielprocedure op maat van de asielzoeker, vindt u op : asyluminbelgium.be.